De regels rond de bijtelling voor een auto van de zaak worden elk jaar weer strenger. Maar wie zich op twee in plaats van op vier wielen verplaatst, heeft geen last van de hoge bijtelling. Integendeel, wie zijn motor boekt als bedrijfsmiddel rijdt privé meestal voor een prikje.
Net als bij een bedrijfsauto mag je bij een motor van de zaak alle kosten aftrekken, zoals laad- en onderhoudskosten, verzekering, motorrijtuigenbelasting en de afschrijving.
Maar de bijtelling wordt bij een motor heel anders berekend dan bij een auto.
Rijd je zoals de meeste ondernemers privé meer dan 500 kilometer in de auto van de zaak, dan wordt een percentage van de catalogusprijs van die auto bij je inkomen opgeteld en betaal je daarover inkomstenbelasting. Het percentage hangt dan af van de CO2-uitstoot van de auto.
Als je 600 kilometer privé rijdt, betaal je net zoveel als wanneer je vier keer per jaar met je bedrijfsauto naar Zuid-Spanje op vakantie gaat.
Motorrijders daarentegen betalen alleen belasting / bijtelling over de werkelijk afgelegde privékilometers. Daarbij kijkt de fiscus naar de gemaakte, totale kosten per kilometer.
Als jouw motor over het hele jaar berekend 10 cent per kilometer kost en je geeft op dat je 5.000 kilometer privé rijdt, krijg je een bijtelling van 500 euro (5.000 * 0,10). Daarover moet je afhankelijk van je inkomen 42 of 52 procent belasting betalen (dus 210 of 260 euro). Bij een kleine gezinsauto betaal je vanwege de bijtelling al gauw vier keer zoveel aan belasting. Meer informatie op de website van de belastingdienst.
Een bijkomend voordeel van de motor is dat de fiscus een keer niet pietluttig is als het gaat om de kilometerregistratie. Bij een zakelijke auto waarmee je naar eigen zeggen minder dan 500 kilometer rijdt, moet jij dat bewijzen door een nauwkeurige kilometeradministratie bij te houden. De Belastingdienst controleert hier heel streng op. Maar bij privégebruik van een motor moet de fiscus bewijzen dat het door jou opgegeven aantal privékilometers niet klopt.
Er zijn meer fiscale voordelen van zakelijk elektrisch motorrijden. Zo zijn niet alleen de motor zelf, maar ook essentiële items als motorkleding, -helm en -laarzen, tassen, een navigatie systeem, laadvoorziening en andere accessoires aftrekbaar. Omdat in Nederland de ondernemer en niet de Belastingdienst bepaalt waarin hij of zij zakelijk investeert, kun je zelf bepalen wat voor motor en welke toebehoren je nodig hebt (tenzij je het heel bont maakt).